Tour de France 2024 - Parcours

dinsdag 18 juni 2024 • Blog

Thomas Zwetsloot

Het parcours van de Tour de France 2024 is uniek in meerdere opzichten. Voor het eerst in de geschiedenis gaat de Ronde van Frankrijk van start in Italië. Florence heeft de eer om Le Grand Départ van de 111e editie te organiseren. Maar dat is nog maar het begin van dit avontuur dat eindigt met een tijdrit in Nice, zonder de traditionele finish op de Champs-Élysées vanwege de Olympische Spelen in Parijs. Maak je klaar voor een episch parcours van 29 juni tot 21 juli!

Parcours Tour de France 2024

✔️ Datum: 29 juni - 21 juli 2024
✔️ Start: Florence, Italië
✔️ Finish: Tijdrit in Nice, Frankrijk
✔️ Landen: Italië, Frankrijk
✔️ Aantal etappes: 21
✔️ Rustdagen: 2 (8 juli, 15 juli)
✔️ Totale kilometers: 3.492
✔️ Aantal hoogtemeters 53.095
✔️ Gecategoriseerde beklimmingen: 59
✔️ Langste etappe: 231 km (etappe 3)
✔️ Zwaarste etappe: 15 (5.000+ hoogtemeters)
✔️ Type etappes:

Sprint: 7 etappes
Heuvels: 6 etappes
Hooggebergte: 5 etappes
Gravel: 1 etappe
Individuele tijdrit (ITT): 2 etappes

🧢Word net als ruim 250 anderen lid van onze WhatsApp Community via https://petjeaf.com/wielerorakel voor (expert) tips op maat en WielerOrakel

📸Volg ons voor exclusieve foto- en videocontent op Instagram

🎙️Beluister de WielerOrakel Podcast voor extra Tour-tips op SPOTIFY of APPLE PODCAST

Tour de France 2024 – etappes

29-6: Florence – Rimini, 206,0 km
30-6: Cesenatico – Bologna, 198,7 km
1-7: Piacenza – Turijn, 230,5 km
2-7: Pinerolo – Valloire, 139,6 km
3-7: Saint-Jean-de-Maurienne – Saint-Vulbas, 177,4 km
4-7: Mâcon – Dijon, 163,5 km
5-7: Nuits-Saint-Georges – Gevrey-Chambertin, 25,3 km, ITT
6-7: Semur-en-Auxois – Colombey-les-Deux-Églises, 183,4 km
7-7: Troyes – Troyes, 199,0 km
8-7: Rustdag 🛌
9-7: Orléans – Saint-Amand-Montrond, 187,3 km
10-7: Evaux-les-Bains – Le Lioran, 211,0 km
11-7: Aurillac – Villeneuve-sur-Lot, 203,6 km
12-7: Agen – Pau, 165,3 km
13-7: Pau – Pla d’Adet, 151,9 km
14-7: Loudenvielle – Plateau de Beille, 197,7 km
15-7: Rustdag 🛌
16-7: Gruissan – Nîmes, 188,6 km
17-7: Saint-Paul-Trois-Châteaux – Superdévoluy, 177,8 km
18-7: Gap – Barcelonnette, 179,5 km
19-7: Embrun – Isola 2000, 144,6 km
20-7: Nice – Col de la Couillole, 132,8 km
21-7: Monaco – Nice, 33,7 km, ITT

Tour 2024 - Parcours

Etappe 1 | Florence - Rimini | 206 KM | 3.680 HM

De Tour start dit jaar in Italië, in Florence wel te verstaan. Infietsen zit er niet in voor de renners; met 3.680 hoogtemeters moeten ze direct flink aan de bak. In de heuvelachtige rit liggen 4 beklimmingen van 3e categorie en 3 beklimmingen van de 2e categorie op de renners te wachten. Echt steil wordt het niet, maar met name de opeenvolging van de laatste 4 beklimmingen zal zeker voor de nodige afscheiding zorgen. Vanaf de top van de laatste klim is het nog wel een kleine 30 KM naar de streep, wat een solo-aanval niet direct aantrekkelijk maakt. Verwacht hier vooral een strijd tussen de klassementsmannen en de sterke heuvelrenners. Een rit waarin je de Tour niet kunt winnen, maar zeker wel kunt verliezen.

Etappe 2 | Cesenatico - Bologna | 199 KM | 1.890 HM

We blijven nog even in Italië en natuurlijk mag dan een ‘muurtjesrit’ niet ontbreken. Na 4 klimmetjes zal de beslissing in deze rit vermoedelijk vallen bij een van de twee beklimmingen naar het heiligdom van San Luca (1,9 KM aan 10,6%) die in de plaatselijke ronde van 18 KM rondom Bologna is opgenomen. Een echte kuitenbijter die we nog kennen van de openingstijdrit in de Giro van 2019 en van de finale van de Giro dell’Emilia. Primož Roglič was in het verleden vaak succesvol op deze klim, waarbij aangetekend moet worden dat er na de laatste beklimming van deze puist nog wel 13 KM gefietst moet worden. Er zijn ook wat gelijkenissen te bespeuren met de door Adam Yates gewonnen openingsrit van de Tour van vorig jaar, al is het in Bologna vlak naar de finish toe. Als de vlucht onder controle wordt gehouden, kunnen de mannen voor het klassement hier uit hun kot komen.

Etappe 3 | Piacenza - Turijn | 231 KM | 1.600 HM

Na het spektakel in het openingsweekend volgt op maandag de laatste etappe die volledig in Italië wordt afgelegd. Vanuit Piacenza gaat het westwaarts naar Turijn, waar na een lange rit van 231 KM de finishlijn is getrokken. Het staat in de sterren geschreven dat de sprinters hier hun eerste kans gaan krijgen en de overige renners kunnen even bijkomen van de reeds gemaakte hoogtemeters. De organisatie heeft (om onbegrijpelijke redenen) nog wel besloten om 2 bochten van 90 graden op ca. 1 KM van de streep op te nemen; dit kan weleens tot flink wat chaos in het peloton gaan leiden. De sprinter van wie de trein zich het beste door deze 2 bochten manoeuvreert, heeft een grote kans om de etappe op zijn naam te schrijven.

Etappe 4 | Pinerolo - Valloire | 140 KM | 3.780 HM

Deze etappe brengt het peloton Frankrijk binnen. Een korte maar beestachtige rit met meer dan 70 officiële klimkilometers staat de renners te wachten. Direct vanuit de start begint de weg vies omhoog te lopen; dit gaat zo door totdat de top van de Sestrières (39,9 KM aan 3,7%) is bereikt. Na deze ‘opwarmer’ volgen een korte afdaling en de Col de Montgenèvre (8,3 KM aan 5,9%) waar de sprinters hopen dat ze een mooie bus hebben gevonden. Het slotstuk van de etappe begint in Briançon waar de weg weer geleidelijk omhoog gaat. Tot aan de Col du Lautaret is het nog niet echt pittig qua klimwerk, maar vanaf de top van de Lautaret slingeren de renners naar de mythische Col du Galibier. De totale beklimming is 23 KM aan 5,1% en die gaat er (na al het eerdere klimwerk) flink inhakken. De finish van de etappe ligt na de technische en steile afdaling van de Galibier in Valloire. Quintana gaf hier in 2019 het goede voorbeeld; Pidcock liet in 2022 zien hoe je deze afdaling perfect uitvoert. Wie daalt er dit jaar naar de zege in deze eerste grote bergrit van de Tour?

Etappe 5 | Saint-Jean-de-Maurienne - Saint-Vulbas | 177 KM | 1.050 HM

Ondanks de vermoedelijk zware benen zullen de sprinters zich in deze rit weer van hun beste kant willen laten zien. Vanuit Saint-Jean-de-Maurienne verlaten we voor even de Alpen en cruisen we in alle rust naar Saint-Vulbas. Onderweg zijn nog 2 klimmetjes van 4e categorie opgenomen, maar die mogen voor geen enkele sprinter een probleem zijn. In Saint-Vulbas ligt de laatste echte bocht op meer dan 2 kilometer van de streep, waardoor de sprinttreinen zich ‘in alle rust’ kunnen voorbereiden op het lanceren van hun kopman. De weg buigt in de laatste honderden meters wel af naar rechts, wat betekent dat de finishlijn relatief laat in zicht komt en de ideale lijn van belang kan zijn. Kans 2 voor de rappe mannen!

Etappe 6 | Mâcon - Dijon | 164 KM | 980 HM

De organisatie toont wat coulance voor de renners, want ook deze zesde etappe zal eindigen in een massasprint. Het peloton trekt noordwaarts en de renners hebben alle tijd om even bij te praten over de pittige start van deze Ronde van Frankrijk. Wanneer de stadspoorten van Dijon in zicht komen, zullen de sprintersploegen zich formeren en mogen zij voor de derde keer proberen om hun kanon in stelling te brengen. Na een lange flauwe bocht naar rechts is de laatste rechte lijn zo’n 1,5 KM lang. Wederom ideaal om een mooie lead-out ten tonele te brengen, al is het wel even afwachten in hoeverre de organisatie de rotonde op ca. 800 meter van de streep heeft geprepareerd voor de renners.

Etappe 7 | Nuits-Saint-Georges - Gevrey-Chambertin (ITT) | 25,3 KM | 300 HM

Start de motoren! Na 2 relatief eenvoudige etappes staat op de eerste vrijdag van de Tour ook direct de eerste tijdrit op het programma. De tijdrit is met 25,3 KM niet overdreven lang en er is slechts één korte heuvel (1,5 KM aan 6,5%) op het parcours opgenomen; het is dan ook niet aannemelijk dat er gigantische verschillen zullen ontstaan tussen de grote mannen. Toch zullen de pure klimmers met klassementsambities niet met al te veel enthousiasme uitkijken naar deze rit. De toppers onder de klassementsmannen zien hier natuurlijk wel een kans; zij zullen naar alle waarschijnlijkheid samen met een aantal pure specialisten strijden om de ritzege.

Etappe 8 | Semur-en-Auxois - Colombey-Les-Deux-Églises | 183 KM | 2.320 HM

Deze rit is een echte overgangsrit waarin de vlucht van de dag een hele goede kans van slagen heeft. Gedurende de hele etappe is het draaien en keren op en af op de Franse D-wegen. Nergens wordt het echt steil, maar de opeenvolging van korte hellende stroken zal (in combinatie met de zware eerste week) ervoor zorgen dat de nodige benen worden afgesneden. Deze rit is zeer geschikt voor de klassieke renners met een grote motor. Reken er maar op dat een heel aantal renners, waaronder ook zeker ene Mathieu van der Poel, deze etappe heeft aangekruist in de agenda’s.

Etappe 9 | Troyes - Troyes | 199 KM | 2.060 HM

Ook de Tour de France ontkomt er niet aan: we gaan gravelen! Vanuit Troyes trekken de renners oostwaarts voor een ronde van zo’n 200 KM. Onderweg wachten de renners meer dan 2.000 hoogtemeters en misschien nog wel belangrijker, maar liefst 32,2 KM aan gravelwegen. Dit belooft een zeer nerveuze etappe te worden waarbij alle renners die nog enige ambitie hebben voor het klassement eigenlijk de hele etappe vooraan willen zitten. De helft van de 14 stroken bevindt zich in de heuvelachtige eerste 140 KM van de etappe, waarbij er ook op het gravel geklommen dient te worden. De laatste 7 stroken zijn relatief vlak, waarbij de definitieve beslissing in de etappe waarschijnlijk valt in het vijfluik aan gravelstroken dat tussen 35 KM en 17 KM van de streep afgelegd dient te worden. Als slotstuk ligt er nog één strook van 3 KM op 10 KM van de finish; daarna knallen de renners terug naar Troyes. In dergelijke etappes blijft vrijwel altijd een aantal klassementsmannen voorin over, maar ook deze etappe zal een doel zijn voor een groot aantal klassieke renners. Al met al heeft deze etappe alles in zich om een heerlijk zondagje voor op de bank te hangen.

Etappe 10 | Orléans - Saint-Amand-Montrond | 187 KM | 930 HM

Na een welverdiende rustdag starten de renners de tweede week met een behoorlijk vlakke etappe naar Saint-Amand-Montrond. Er staat geen enkele gecategoriseerde beklimming op het programma, dus je zou kunnen zeggen dat er met zekerheid een massasprint volgt. Echter, in de laatste 60 KM van de etappe rijden de renners over redelijk open terrein en de wind kan in deze regio nogal eens flink blazen. Waaiers liggen dan ook zeker op de loer en dat zal ook voor nervositeit in het peloton zorgen. In de Tour van 2013 was de finale van de 13e etappe identiek aan deze finale; uiteindelijk was hier sprake van een waaierspektakel van jewelste, won Cavendish de sprint van de eerste groep van slechts 8 renners en verloor Valverde zijn klassement. Mooie dingen om enthousiast van te worden, maar als de wind er geen zin in heeft, gaan we een klassieke massasprint tegemoet.

Etappe 11 | Évaux-les-Bains - Le Lioran | 211 KM | 4.380 HM

Een lange rit met een ontzettend zwaar slotstuk brengt het peloton in Le Lioran. De eerste 125 KM van de etappe is, hoewel constant heuvelachtig, nog wel te doen en zal waarschijnlijk in het teken staan van de vorming van de juiste vlucht. Vanaf het moment dat de renners in het pittoreske Vendes de ongecategoriseerde klim naar Le Vigean aanvatten, begint de zeer uitdagende finale. Na een korte afdaling loopt de weg vals plat omhoog tot de voet van de Col de Néronne op 45 KM van de streep. In deze laatste 45 KM wacht de renners achtereenvolgens de Col de Néronne (3,8 KM aan 9,1%), de Puy Mary (5,4 KM aan 8,1%), de Col de Pertus (4,4 KM aan 7,9%) en de Col de Font de Cère (3,3 KM aan 5,8%). De percentages lopen op deze beklimmingen meerdere malen boven de 10% en de momenten om te recupereren zijn beperkt: een slechte dag kan je hier heel duur komen te staan. Het is zeer waarschijnlijk dat in deze etappe een strijd op 2 fronten ontstaat, waarbij een mooie kopgroep het tot het einde uitzingt en de sterkste uit deze groep (met goede klimbenen) met de zege aan de haal gaat.

Etappe 12 | Aurillac - Villeneuve-sur-Lot | 204 KM | 2.200 HM

Op papier een etappe waar de sprinters weer hun kans mogen gaan. Op papier, want in de eerste helft van de etappe zitten nog wel de nodige hoogtemeters verstopt. Het koersverloop en de kwaliteit van de vroege vlucht zullen bepalend zijn voor de uitkomst van de etappe. Als de sprintersploegen een klein groepje weg kunnen laten rijden en dit groepje kunnen controleren, kunnen de sprinters in de laatste 100 KM van de etappe genoeg recupereren en zal er in Villeneuve-sur-Lot gesprint worden. Als er een sterke, omvangrijke groep wegrijdt, zal het moeilijk zijn om deze voor de streep weer terug te pakken. Wij gaan uit van het eerste scenario, waarbij de sterke sprinters meer zeker zijn voor een goed resultaat dan de pure, matig klimmende sprinters. De finale is behoorlijk overzichtelijk en de laatste bocht bevindt zich op een kilometer van de streep; daar heeft het peloton weinig van te vrezen.

Etappe 13 | Agen - Pau | 165 KM | 1.970 HM

De rit naar Pau, de plaats waar vele Nederlanders in het verleden successen vierden, kent geen grote beklimmingen. Het heuvelt wat in de beginfase, maar dat zal in die fase voor geen enkele renner een probleem zijn. Toch is het niet zeker dat alle sprinters ook mee zullen doen voor de etappezege; dat heeft met name te maken met een opeenvolging van 3 heuveltjes vanaf 40 KM van de streep. Achtereenvolgens dient het peloton de Côte de Blachon (1,5 KM aan 6,9%), de Côte de Simacourbe (1,8 KM aan 6,4%) en een ongecategoriseerde pukkel (1,6 KM aan 5,1%) te bedwingen, waarna het nog even op en af gaat tot 12 KM voor de streep. Vanaf dat punt volgt een korte afdaling en de laatste 10 KM lopen vals plat naar beneden. De laatste bocht van 90 graden bevindt zich op 1 KM van de streep. In de laatste KM zit nog wel een kleine kronkel voordat de laatste rechte lijn van 400 meter wordt ingezet. De meer complete sprinters zullen hier hun kans ruiken; de pure sprinters zullen hoogstwaarschijnlijk niet in de eerste groep in Pau aankomen.

Etappe 14 | Pau - Saint-Lary-Soulan (Pla d’Adet) | 152 KM | 4.000 HM

Het derde weekend van de Tour is er eentje om de vingers bij af te likken. We duiken de Pyreneeën in en beginnen vanuit Pau aan de eerste van twee bergetappes. Na een vlakke aanloop belanden de renners na 70 KM aan de voet van de legendarische Col du Tourmalet. Deze reus is 19 KM lang en heeft een gemiddeld stijgingspercentage van 7,4%; het zwaartepunt bevindt zich in de laatste kilometers. Bovenop zal er gesprint worden om het Souvenir Jacques Goddet, waarna de renners dalen naar Sainte-Marie de Campan. Vanaf daar loopt de weg weer geleidelijk omhoog, al is de officiële beklimming van Hourquette d’Ancizan slechts 8,2 KM aan 5,1%. Dit percentage bedriegt wel enigszins, aangezien er ook nog een stuk afdaling in deze klim is opgenomen. Vanaf de top van de Hourquette volgt een afdaling en een kort stuk door de vallei, waarna de slotklim van de dag wacht: de Pla d’Adet. Deze klim is 10,6 KM aan 7,9%; de eerste 7 KM van deze klim zijn gemiddeld maar liefst 9,5%. De laatste 3,5 KM zijn beter te doen, maar met al het afgelegde klimwerk in de benen zullen ook deze stukken flink pijn doen. Op de flanken van de Pla d’Adet zullen de klassementsrenners gaan strijden om de etappezege en zullen serieuze tikken worden uitgedeeld.

Etappe 15 | Loudenvielle - Plateau de Beille | 198 KM | 4.810 HM

Na de uitputtingsslag richting de Pla d’Adet volgt op Quatorze Juillet een nieuwe beproeving: 4.810 hoogtemeters, 4 cols van 1e categorie en 1 col van buitencategorie. Een nachtmerrie voor de sprinters, al helemaal omdat vanuit de start direct de Col de Peyresourde (6,9 KM aan 7,8%) beklommen moet worden. Vanaf de top is er enige gelegenheid tot herstel, maar voordat de teller 70 KM aangeeft, hebben de renners ook al de ontzettend steile Col de Menté (9,3 KM aan 9,1%) en Col de Portet-d’Aspet (4,3 KM aan 9,6%) naar boven geklauterd. Mogelijk gaat er boven op de Portet-d’Aspet een mooie vlucht lopen, mogelijk is er een volledige strijd tussen de mannen voor het klassement losgebarsten: meerdere scenario’s zijn mogelijk. Wat zeker is, is dat er vanaf de Portet-d’Aspet een makkelijke tussenfase van zo’n 60 KM volgt tot het tweede en beslissende deel van de etappe. In dit tweede deel wachten allereerst de Col d’Agnes (10 KM aan 8,2%) en de ongecategoriseerde Port de Lers (4,6 KM aan 5,3%), waarna een stuk afdaling en vallei van 34 KM de renners aan de voet van Plateau de Beille brengt. Op deze berg (15,8 KM lang aan 7,9%) zijn al grootse gevechten uitgevochten en dat zal op deze Franse feestdag niet anders zijn. De klim zelf is redelijk constant (steil); de eerste 5 KM gaan gemiddeld aan een kleine 9% omhoog en de 10e kilometer is met 9,5% de steilste van de hele klim. Het laatste stukje richting de finish vlakt wat af. Eenmaal boven wacht de renners een welverdiende rustdag. Een vlucht zou het kunnen redden, maar het liefst zien wij toch een strijd tussen de mannen van het klassement ontbranden op deze klim.

Etappe 16 | Gruissan - Nîmes | 189 KM | 1.160 HM

De laatste week begint met een relatief eenvoudige etappe die de renners van Gruissan naar Nîmes brengt. Onderweg wacht de renners één klimmetje van 4e categorie en een ongecategoriseerd heuveltje rondom de tussensprint. Allemaal voordat de echte finale begint en niet onoverkomelijk voor de sprinters. Er bestaat een (kleine) mogelijkheid dat de wind een rol zal spelen, al worden de nabije kustwegen door de organisatie gemeden. Wij verwachten dan ook een nieuwe en waarschijnlijk ook direct de laatste kans voor de pure sprinters die het zware weekend hebben overleefd. De laatste rechte lijn is lang genoeg en vangt aan na een bocht van 90 graden op ca. 2,5 KM van de streep. Wel liggen op deze laatste lijn nog 3 rotondes, waarvan de laatste op zo’n 400 meter voor de streep. Aan de organisatie de taak om met name deze laatste rotonde goed en veilig te prepareren, want er zit niemand op deze hindernis in de finale te wachten. Lekker sprinten maar!

Etappe 17 | Saint-Paul-Trois-Châteaux - Superdévoluy | 178 KM | 2.840 HM

Deze etappe is een wat lichtere variant van etappe 11, al vertoont hij zeker wat gelijkenissen. Het lange eerste deel van de etappe is licht golvend, maar heel goed te doen. De laatste 40 KM van de etappe zijn behoorlijk pittig. In deze laatste 40 KM wacht allereerst de Col Bayard (6,8 KM aan 7,3%), een mooie opwarmer richting de absolute finale van deze rit. Na de afdaling van de Col Bayard en een kort tussenstuk beginnen de renners op 19 KM van de streep aan de Col du Noyer. Deze klim van 1e categorie is 7,5 KM lang en loopt gemiddeld aan 8,4% omhoog. Het venijn zit hem hierbij in de staart: de laatste 2 KM van de klim zijn gemiddeld boven de 10% en vormen daarmee een ideaal lanceerplatform voor de beslissende move. Vanaf de top van de Col du Noyer is het nog 12 KM tot de streep. De eerste 8 KM hiervan zijn in dalende lijn, de laatste 4 KM behoren toe aan de Superdévoluy, een klim van 3,8 KM aan 5,9% die na een pittige eerste KM aan 8,2% steeds verder afvlakt richting de finish bovenop. Wij denken dat een goede groep vluchters in het eerste deel van de etappe voldoende voorsprong kan opbouwen op de toppers in het klassement; het scenario ‘strijd op 2 fronten’ lijkt hier het meest passend te zijn.

Etappe 18 | Gap - Barcelonnette | 180 KM | 3.140 HM

Na wat omzwervingen naderen we in deze etappe weer de Italiaanse grens. Het pittoreske Barcelonnette, net als het nabijgelegen Guillestre een prachtige uitvalsbasis voor een fietsvakantie, dient vandaag als finishplaats van een typische overgangsetappe. Onderweg treffen de renners maar liefst 5 cols van de 3e categorie en ook in het laatste deel van de etappe loopt de weg nog viesjes naar boven. Gezien het aantal hoogtemeters (boven de 3.000 meter) en de zware etappes die nog komen, is het vrij zeker dat hier een sterke vlucht om de zege zal gaan strijden in Barcelonnette. Zoek voor vandaag naar de sterke (klassieke) renners die het in het echte hooggebergte niet redden, maar nog wel genoeg reserves in de tank hebben om nog één keer echt te knallen. De mannen van het klassement zullen hun kruit drooghouden voor hetgeen dat nog komen gaat.

Etappe 19 | Embrun - Isola 2000 | 145 KM | 4.480 HM

Bijna 4.500 hoogtemeters, 2 cols van buitencategorie en 1 col van 1e categorie, en dat allemaal in ‘slechts’ 145 KM. Een enorme beproeving ligt de renners op deze laatste vrijdag in de Tour te wachten. Vanuit Embrun zijn de eerste 20 KM wat golvend; daarna begint het spektakel met de Col de Vars. Deze Col de Vars is 18,8 KM aan 5,7%, al is dit gemiddelde percentage enigszins vertekend door een redelijk vlakke strook van 4 KM in het midden van de klim. De eerste 5 KM gaan bijvoorbeeld gemiddeld aan 8% omhoog en ook in het tweede deel overstijgen de percentages vaak de 8%. Een goede opwarmer voor de Cime de la Bonette, een monsterklim van 22,9 KM aan 6,9%, die na 20 KM dalen vanaf de Vars wordt aangevat in Jausiers. De Bonette is een prachtige klim met mooie vergezichten en vele haarspeldbochten en wordt behoudens de laatste KM nooit écht steil. Toch zullen de lengte van de klim en de hoogte waarin gereden wordt zeker de tol gaan eisen. De renners klimmen namelijk naar het dak van de Tour; de top van de Bonette op 2.802 (!) meter is naast het dak van deze Tour ook de hoogste doorgaande weg in Europa. Tijd om hiervan te genieten is er niet: na een lange afdaling van zo’n 40 KM wacht de slotklim van de dag: Isola 2000. De top van deze klim, die vlak bij de Italiaanse grens is gesitueerd, bereiken de renners na 16,1 KM klimmen aan gemiddeld 7,1%. De eerste 8 KM van deze klim zijn het zwaarst; deze lopen gemiddeld aan 8,4% omhoog. Daarna is het allemaal wat beter te doen, al is het laatste knikje naar de finish nog even pittig. Gezien de beperkte afstand van deze etappe, de continue hoogte en het vele klimwerk, verwachten wij hier wel het nodige vuurwerk. Gefaalde klimmers en klassementsrenners die hun Tour willen redden en de mannen die nog hoog staan in het klassement: iedereen moet met de billen bloot!

Etappe 20 | Nice - Col de la Couillole | 133 KM | 4.620 HM

Net nu je denkt dat het niet zwaarder kan, presenteren wij u de 20e etappe van deze Tour en tevens de laatste rit in lijn. Nog minder kilometers dan in etappe 19, maar wel meer hoogtemeters: 4.620 hoogtemeters in slechts 133 KM, een ware verschrikking met de rit van gisteren in de benen. Vandaag hebben de renners zo’n 14 KM om warm te fietsen voordat de Col de Braus (10 KM aan 6,6%) aanvangt. Deze klim is een mooie opwarmer voor de lange Col de Turini (20,7 KM aan 5,7%), die vrijwel direct na de afdaling van de Col de Braus start. De eerste helft van de Turini is zeer goed te doen met percentages die nergens boven de 5% komen. De laatste 11 KM lopen met gemiddeld 7,5% wel wat meer omhoog, maar het wordt nergens echt heel steil. Na de afdaling van de Turini loopt de weg vanuit Roquebillière eigenlijk een kleine 20 KM omhoog tot de top van de Col de la Colmiane. De organisatie heeft echter bepaald dat de officiële klim ‘slechts’ 7,5 KM aan 7,1% is. Net zoals de Turini wordt ook deze klim nergens echt steil. Toch heeft zich inmiddels de laatste 2 dagen al heel wat vermoeidheid opgebouwd in de benen van de renners en dat zou weleens heel goed kunnen blijken op de slotklim van de dag: de Col de la Couillole (15,7 KM aan 7,1%). Deze klim is behoorlijk gelijkmatig, waarbij de percentages constant rond de 7% / 8% schommelen. In normale omstandigheden goed te doen, maar na 3 weken Tour is een klim van deze lengte nog steeds echt heel pittige kost. Ook in deze etappe zullen verschillen gemaakt worden tussen de mannen in het klassement, al is de kans van slagen van een vlucht met sterke klimmers in onze ogen net iets groter dan bij etappe 19.

Etappe 21 | Monaco - Nice (ITT) | 33,7 KM | 690 HM

Als gevolg van de Olympische Spelen in Parijs is er dit jaar geen traditionele finish op de Champs-Élysées. Geen optocht met champagne, groepsfoto’s met lachende gezichten en diverse ludieke acties, maar een serieus zware tijdrit op de laatste zondag van de Tour: dat is wel even wennen voor renners en kijkers. De strijd om de gele trui wordt vandaag langs de Côte d'Azur beslist met de futuristische tijdrithelmen op de hoofden van de renners. De tijdrit is 33,7 KM lang en bevat in het eerste deel twee serieuze beklimmingen: de lange La Turbie (8,1 KM aan 5,6%) en de steile Col d’Èze (1,6 KM aan 9,3%). Dit is serieus klimwerk en dat betekent dat zeker niet alle pure tijdritspecialisten om de zege zullen strijden. Dit recht lijkt voorbehouden aan de kleppers uit het klassement die doorgaans het beste recupereren aan het einde van een grote ronde en die waarschijnlijk nog veel hebben om voor te strijden. Na het klimwerk is het vanaf de top van de Col d’Èze nog een kleine 17 KM tot de streep: allemaal dalende of vlakke kilometers. Nog één keer het grote blad erop, voorzichtig door de bochten en dan de welbekende Promenade des Anglais opdraaien: dat is het devies. Eenmaal op deze promenade aangekomen volgt op een kleine 2 KM van de streep nog een U-bocht, waarna de renners nog even in tegengestelde richting over de promenade rijden om vervolgens af te draaien naar de Place Masséna. Op deze Place Masséna is de laatste finishlijn van deze Tour getrokken, komt een einde aan deze 111e editie van de Ronde van Frankrijk en weten we wie de opvolger is van Jonas Vingegaard.

🧢Word net als ruim 250 anderen lid van onze WhatsApp Community via https://petjeaf.com/wielerorakel voor (expert) tips op maat en WielerOrakel

📸Volg ons voor exclusieve foto- en videocontent op Instagram

🎙️Beluister de WielerOrakel Podcast voor extra Tour-tips op SPOTIFY of APPLE PODCAST

Vorige blog Tour de France 2024 - Wie valt er vaak uit in een grote ronde?

Volgende blog Tour de France 2024 - Deze tips voor je pooltje(s) mag je niet missen

Vergelijk renners

Bekijk vergelijking

Error: Renner is al toegevoegd aan vergelijken.

Error: Je kunt maximaal 5 renners vergelijken

Tour de France 2024 - Parcours

Parcours Tour de France 2024

Tour de France 2024 – etappes

Tour 2024 - Parcours

Related blogs

Tour de France 2024 - Deze top 10-datalijstjes wil je niet missen

Tour de France 2024 - Parcours